The truth, the whole truth and nothing but the truth


Eén van de moeilijkste maar ook belangrijkste dingen in het leven, of in elk geval in de omgang met andere mensen, vind ik het vertellen van de waarheid. Jouw waarheid bedoel ik dan, laten we niet vervallen in een filosofische discussie over of De Waarheid wel bestaat. Het gaat me om die situaties waarin je vertelt hoe je je voelt over iets wat er gebeurd is. Dit is niet zo moeilijk wanneer het om positieve gevoelens gaat. Wanneer je het bijvoorbeeld gezellig vond dat je vrienden gisteravond langskwamen, is dat totaal niet lastig om te delen. Het wordt pas ingewikkeld wanneer je iets wat een ander deed níet fijn vond. Hoe vaak ga je het praten over dit soort situaties uit de weg? Of wijd je wel uit over je irritaties tegen derden, maar niet tegen degene over wie het echt gaat?

Wat maakt het delen van de waarheid nou precies zo ingewikkeld? Misschien denk je dat je mensen niet wilt kwetsen, en daar zal vast een kern van waarheid in zitten. Maar ik denk dat het vaak voortkomt uit een angst om zelf afgewezen te worden. Misschien generaliseer ik hier, en praat ik alleen vanuit mezelf. Maar als ik heel eerlijk terugdenk aan momenten waarop ik twijfelde over wel of niet de waarheid vertellen, kwam het bijna altijd neer op dat ik te schijterig was om mijn eerlijke mening te verkondigen.  En dat terwijl één van mijn belangrijkste waarden is om een oprecht mens te zijn.

Zo heb ik een collega die ik ontzettend waardeer en met wie ik graag samenwerk. Ik vind haar een inspirerende vrouw, die goed weet wat ze wil en dat meestal op een verbindende manier voor elkaar krijgt. Het enige wat ik minder prettig vind, is dat ze een groot deel van de tijd praat over anderen en wat anderen allemaal verkeerd doen volgens haar. Het was me al eerder opgevallen, maar ik probeerde dat een beetje te negeren of juist actief die mensen op te hemelen omdat ik het oneerlijk vond dat er achter hun rug om over hen gepraat werd. Tot ik afgelopen week echt moe thuiskwam na een meeting met deze collega en bedacht dat het tijd werd om de waarheid te vertellen. Ik stuurde een e-mail, om mijn gedachten echt goed onder woorden te kunnen brengen. Ze reageerde hier heel goed op, zei dat het haar raakte en dat ze weet dat ik een punt heb. Binnenkort praten we er verder over, want ze wil hier iets mee.

Ik had ook mijn mond kunnen houden, kunnen kiezen voor de ‘makkelijke’  weg, maar dat wil ik gewoon niet de rest van mijn leven doen. Hoeveel potentiële leermomenten onthoud je anderen (en jezelf!) wanneer je nooit de waarheid durft te zeggen? Wanneer je altijd de lieve, oppervlakkige vrede probeert te bewaren door niks te zeggen, terwijl je vanbinnen allerlei emoties hebt? Of nog gezelliger: door het er met iedereen over te hebben, behalve met degene om wie het gaat?

Ik wil zeker niet de illusie geven dat ik ook maar enigszins perfect ben of ‘het zo goed doorheb wat anderen allemaal verkeerd doen’. In tegendeel, ik pleit voor een omgang waarin we elkaar wederzijds durven vertellen wat we fijn en minder fijn vinden. Vertel het mij alsjeblieft ook als ik iets doe waar je niet blij van wordt. Niet om elkaar continu te bekritiseren, juist vanuit het idee dat je iemand alleen feedback geeft omdat je diegene genoeg respecteert om hem of haar jouw echte mening toe te vertrouwen.

Drie dingen helpen mij bij het geven van mijn eerlijke mening op een manier die constructief is, misschien heb jij er ook wat aan:

  1. Praat niet vanuit verwijten, maar deel je eigen gevoel. Als je nog midden in een emotie (bijvoorbeeld frustratie) zit, is het soms handiger om eerst even bij jezelf te rade te gaan waarom je voelt wat ik voelt. En pas daarna te bedenken wat je boodschap aan de ander is. Dit lukt mij heus niet altijd, ik ben ook maar een mens. Maar de meest constructieve gesprekken vinden plaats wanneer ik eerst goed op een rijtje heb gezet wat er bij míj gebeurde, zodat ik niet blijf schreeuwen wat die ander allemaal verkeerd doet.
  2. Benader de ander vanuit waardering. Er is een reden dat je de ander wilt vertellen wat je dwarszit, kennelijk wil je ook in de toekomst nog een goede relatie met diegene hebben. Anders zou je het er lekker bij laten zitten en alleen denken ‘Wat een flapdrol’ om vervolgens vrolijk verder te gaan met je leven. Door te benoemen wat je in de ander waardeert of te benadrukken dat het belangrijk voor je is om bijvoorbeeld goed samen te blijven werken, is het nog duidelijker voor de ander dat je intenties constructief van aard zijn.
  3. Geef aan wat je graag zou willen. De ander hoeft jou niet beter te laten voelen, sterker nog: de ander hoeft helemaal niks met je feedback. Je kunt alleen delen wat hun gedrag met jou doet, het is aan hen om te bepalen wat ze ermee willen doen. Wel kun je suggesties geven, bijvoorbeeld: “Ik zou het fijn vinden als je het niet meer over mijn gewicht hebt, want ik word daar erg verdrietig van”, zoals ik een tijdje geleden zei tegen een familielid dat bleef doorgaan over het feit dat ik was aangekomen.

Sommige van de mooiste gesprekken ontstaan door het te hebben over de ongemakken die je in een samenwerking of in een relatie ervaart. Het voelt ook bij mij nog elke keer als een flinke drempel, maar hoe vaker je de drempel over gaat, hoe meer hij slijt. Ik heb letterlijk nog geen enkele keer meegemaakt dat ik iemand op deze manier de waarheid vertelde en dat de ander hier niet goed op reageerde. Heel veel plezier gewenst dus!

Liefs,
Evelien

 

BewarenBewaren

Een reactie plaatsen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *