De doelenmythe


Ik moet wat bekennen: ik kan soms best een controlfreak zijn. Niet echt het eerste wat je misschien verwacht bij een coach die vrouwen juist probeert te helpen om de teugels wat te laten vieren, om het leven wat minder serieus en zwaar te laten zijn.

Maar het is toch echt waar: ik kan er enorm van genieten om dingen helemaal tot in de puntjes uit te knobbelen en het liefst zou ik voor alles in het leven een heerlijk plannetje met bijbehorende to do-lijstjes maken. Ik hou van orde scheppen in de chaos, structuur en focus aanbrengen en vervolgens mijn taken zo goed mogelijk uitvoeren. Op een datingsite schreef ik weleens ‘Ik ben dat meisje dat al in de trein haar fietslampje op haar jas speldt om geen tijd te verliezen’. Een beetje een neurotische geek dus ook soms, die de kleinste dingen graag plant om ze zo efficiënt mogelijk te laten verlopen.

Het grappige is, dat ik óók een luie sloddervos ben. Niks lekkerder dan een hele dag in mijn pyjama rondhangen en een beetje series kijken op de bank. En als ik mezelf niet af en toe dwing om goed op te ruimen, zou mijn huis een vreselijke rotzooi zijn, met overal de boeken en kleding rondslingerend op de laatste plek waar ik ze gebruikt heb. Om over regelmatig schoonmaken maar helemáál te zwijgen. Zo ben ik er laatst helaas achtergekomen dat het helaas niet zo werkt dat haren zichzelf uit doucheputjes verwijderen. Ik zal je niet lastgvallen met de ‘opbrengst’ van drie maanden douchen en haren wassen, maar mijn vriend ging er bijna van over zijn nek, dus je begrijpt dat het niet wonderschoon was wat we in het putje aantroffen.

Misschien ben ik wel zo’n controlfreak geworden juist omdát ik anders zou verzanden in hele dagen niets doen, en daar wordt uiteindelijk ook niemand gelukkiger van. Zonder al te diepgravend op zoek te gaan naar de psychologische oorzaken van mijn gespleten karakter (groep 5, eerste werkstuk ingeleverd -> ik had er bijzonder weinig tijd & moeite ingestoken -> zéér negatief commentaar van de juf voor de hele klas -> kleine Evelien: “Dat gaan we voortaan anders aanpakken”), wil ik het hier liever hebben over een thema dat mij bijzonder boeit: balans.

Ja, het is een clichéwoord, maar probeer je daar heel even overheen te zetten en denk eens mee of je iets herkent in dit verhaal.

Vaak als we doelen voor onszelf bedenken, hebben we het idee dat we hier zo goed mogelijk aan moeten voldoen.  “Ik ga drie keer per week hardlopen” kan zo’n idee zijn dat bij ons opkomt als we ons energieker willen voelen en daarom bedacht hebben dat we vijf kilometer willen kunnen hardlopen. Of “Ik ga voortaan echt elke dag mediteren”, wanneer ons doel is om wat meer ontspannen in het leven te staan.  We kunnen daarin best heel streng voor onszelf worden. Ook als een doelstelling op het óóg ruimte biedt voor de schommelingen in het leven, zoals met het doel van drie keer in de week hardlopen. Lijkt best haalbaar met zeven dagen in de week, toch?

Het gevaar is dat zo’n goed bedoelde richtlijn je het gevoel kan geven dat je alleen maar ok bezig bent wanneer je je er precies aan houdt. Lukt het een week niet om de drie keer te halen, dan zit je meteen ‘fout’ en heb je gefaald in het nastreven van je doel. Soms voelt dat misschien als een overkomelijke hobbel, maar op andere momenten kan het leiden tot het idee dat je beter nog wat strenger voor jezelf kunt worden. Je wilt je doel immers halen, dus bijt je je erin vast en ga je er nu écht voor.

Voel je al aankomen waar dit toe leidt? Niet tot een lang en gelukkig leven, dat kan ik je vast verklappen. Misschien werkt het op de korte termijn wel om nog een tandje bij te zetten en nog wat harder voor jezelf te zijn. Maar op de lange termijn is het een linke strategie, want er komt altijd weer een punt dat je discipline even verzwakt, en dat je een tijdje niet zo gefocust bent op bijvoorbeeld sporten, of op gezond leven in het algemeen, of op welk doel je ook maar nastreeft. Als je blijft hangen in het framework van ‘goed’ en ‘slecht’, van oordelen over je eigen gedrag, dan voel je je op het moment dat je je niet aan je eigen plannen houdt behoorlijk waardeloos. Dit kan weer leiden tot nóg strenger voor jezelf worden en nóg meer regels bedenken, of tot het maar helemaal opgeven van je oorspronkelijke doel.

Als het je daarentegen lukt om met iets meer vriendelijkheid naar jezelf te kijken, kun je zien dat het leven bestaat uit golfbewegingen. Je hebt periodes waarin je wat meer bezig bent met bewegen en gezond voor jezelf koken, en periodes waarin dit even niet voorop staat (ik hoor bijvoorbeeld weleens van vrouwen die net een kind hebben gekregen dat hun ‘oude’ doelen even het raam uitgaan, omdat ze al blij zijn als ze überhaupt een beetje kunnen slapen). Er zijn weken van veel energie en weken van weinig energie. Momenten van inspanning en van ontspanning. En het mooie is: al die momenten horen er gewoon bij. Je kunt nou eenmaal niet alleen maar gáán, alleen maar focussen op de toekomst, dat houdt niemand vol.

“Maar als je het allemaal maar laat gebeuren, dan bereik je toch niks?” hoor ik je denken. We zijn vaak zo gewend dat we controle over ons leven moeten hebben, dat het lastig kan zijn om in te zien dat inspanning op zich niet verkeerd is, maar dat ontspanning er ook bij hoort. Bedenk je eens wanneer je écht écht écht gelukkig bent. Is dat niet juist wanneer je alles even lekker laat zijn hoe het is en niet wanneer je in je hoofd alweer bezig bent met hoe het nóg beter kan?

Conclusie: doelen zijn niet verkeerd. Zeker wanneer je wat dieper nadenkt over wat je écht wilt doen en bereiken in het leven kunnen ze veel richting geven. Maar af en toe is het heel gezond om je doelen even overboord te gooien en gewoon te genieten van wat er op dit moment al is. Lekker een avondje niet hardlopen dus, als dat op dit moment goed voelt. Het moet wel een beetje leuk blijven.

Liefs, Evelien

 

Een reactie plaatsen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *